Coquilles
De coquille, Sint Jacobsschelp, jakobsmantel en sint-jacobsmossel zijn allemaal dezelfde benaming voor coquilles. Op een menukaart van restaurants kun je ook de Franse benaming nog tegenkomen, namelijk Coquille Saint-Jacques. Ze zijn zo gewild om het melkwitte vlees, dit wordt ook wel de pil of noot genoemd. De schelp van de coquille heeft een opvallende roze verschijning, maar het vlees vanbinnen is wit-doorzichtig. De smaak van de coquille is lichtzoet en heel bijzonder. De bereidingswijze van deze schaaldieren komt heel precies, want bak je coquilles te lang – dan zijn ze al snel taai. Maar bak je precies goed, dan zijn ze écht een delicatesse.
Coquilles uit het juiste seizoen
In Frankrijk worden coquilles met grote netten van de bodem gevangen met boomkortechniek. Zo kan er in korte tijd veel worden binnengehaald en dit zorgt ervoor dat ze voordeliger zijn. Het nadeel hiervan is dat de schelpen kunnen beschadigen. Daarom is het opduiken een duurzamere keuze, maar wel arbeidsintensiever. De meeste coquilles komen voor in Spanje, Frankrijk, Portugal, Noorwegen en Schotland. Het vangstseizoen van de coquilles is in sommige gebieden beperkt. Daarom worden ze in China en Japan ook wel gekweekt.
Coquilles bereiden
Coquilles bakken
Coquilles bak je heel kort, binnenin mogen ze nog een beetje rauw zijn. Als je ze te lang bakt worden ze taai en rubberachtig. Verhit een ruime hoeveelheid olie en boter in een pan met antiaanbaklaag. Dep de sint-jakobsschelpen droog en bak ze in een kleine minuut goudbruin. Draai om en herhaal. De kern wordt zo zacht gegaard, maar blijft glazig. Kruid met peper, zout en besprenkel eventueel met enkele druppels citroen. Haal uit de pan en serveer direct.
Coquilles bereiden in de oven
Verwarm de oven voor op 180°C.
Zet de coquilles in de oven voor circa 10 minuten.
Recepten met coquilles
Probeer eens een heerlijk recept met coquilles.